woensdag 11 mei 2016

terug

Zaterdag komt Rachid terug. Na acht weken crisisopvang. In mijn hoofd hang ik de vlag uit. In ons gezin treffen we voorbereidingen. 
Praktisch zal het niet veel om het lijf hebben, maar emotioneel wordt het spannend. 

Yan is het er nog niet over eens of Rachid het verdient om terug te komen. Volgens hem koos Rachid ervoor om ons in de steek te laten. We praten er nu dagelijks over dat dit niet zo is. Het landen gaat langzaam. 

Sam is het tegenovergestelde. Als Rachid er is, kan hij het niet laten om steeds weer te zeggen hoe blij hij is. Met stralende schitterogen kijkt hij Rachid dan aan. Verliefd tot in zijn tenen op zijn grote broer. He, zegt hij, ben je ook zo blij dat je er weer bent?

Rachid ziet het helemaal zitten. Hij heeft een vakantiebaantje in de horeca. Dat is alle dagen hard werken. Van een uur of 12 tot na 9 uur 's avonds. Toen ik hem voorzichtig polste over hobbels als hij terug zou zijn, lachte hij die weg. Werken, slapen, eten. Dat ging het worden. Kon er toch niets mis gaan? 
Hij is aangemeld voor begeleid wonen voor laag niveau. Het niveau van Rachid is schrikbarend laag. Vooral op sociaal gebied. Hij lijkt heel wat, maar raakt te snel de grip kwijt. De wachtlijst is lang. Het kan wel een half jaar duren. Wij hopen dat half jaar vol te kunnen maken en daarna hem niet los te hoeven laten.

De laatste vier weken is hij een aantal keer terug bij ons geweest. Voor een dag of een dag met een nacht. Ik haal hem dan op bij het busstation in de buurt. Zodra hij mijn auto ziet, begint hij te rennen. Alle keren deed hij dat en alle keren kneep m'n hart samen bij het zien van dit grote kind. Hij kan er echt niet aan doen dat hij is zo hij is. Het leven is voor hem zo'n ondoordringbare warboel en hij doet zo hard zijn best... 
Gelukkig is zijn baas tevreden en krijgt hij complimenten en de mogelijkheid om fouten te maken en ter herstellen. De baas roemt zijn inzet. Dat herkennen we. Die is zonder einde. Werken doet hij niet voor geld, maar voor waardering. 

Gisteren was hij er weer. Hij had zakgeld en werkgeld gekregen. Dat moet als altijd gelijk op. Een deel houd ik voor hem vast. Het andere deel had hij omgezet in kadootjes. Voor pleegvader die onlangs jarig was en voor moederdag. Vol trots laat hij het zien. En of ik het bonnetje wil zien om te kijken of het eerlijk was? 
Ik merk op dat hij nu geen geld meer heeft deze week? Dat maakt niet uit. Hij heeft toch niets nodig. 

Daarna gaan we met zijn allen naar de verjaardag van ons dorp. Heleboel festiviteiten met de schoolkinderen. Ik mag ook helpen. Baby mee in de wandelwagen. Iedereen blij. 
Een moeder stoot me aan. Zie je ze zitten? Je zonen? vraagt ze. En ja daar zitten ze! Alle vijf de jongens bij elkaar op een bankje. Druk pratend en volledig gericht op elkaar. Terwijl er wel 200 kinderen rond hen zijn, hebben ze alleen elkaar in de gaten. 

Ik moet oppassen dat ik niet al te dom ga staan grijnzen. Hier word ik heel gelukkig van. Laat Rachid maar komen. We zien het allemaal wel. Als ik dat bankje bekijk met ons gezin dan geloof ik er helemaal in. 

2 opmerkingen: