dinsdag 10 maart 2015

taaie week

De moeder van Yan is in Nederland. Na 8 maanden zag hij haar afgelopen weekend weer. Wat zag hij er naar uit. Wat was hij blij. Via zijn facebook probeert hij bezoek te regelen. Ik lees het later en zie dat hij zo vroeg mogelijk en zo lang mogelijk probeert te krijgen. 
En dat lukt hem. 

Hij mag om 2 uur komen en om 8 uur halen we hem weer op. Hij speelt en eet en is bij zijn familie. Hij verzadigt zich in het erbij horen. Hij geniet ervan en dat is nieuw. Vroeger was hij zo gestrest dat hij dit niet eens kon. Hij maakt eindelijk contact met zijn kleine halfbroertjes. Die zijn niet van hem weg te slaan.

Maar de dagen ervoor waren taai. Wat was hij zenuwachtig en bang. Dat ze niet zou komen. Dat hij niet mocht komen. Dat hij tegenviel. Dat hij niet leuk genoeg was. Dat hij geen bezoek verdiende. Dat ze nog van hem hield. 

Na een dag nagenieten, slaat de stress weer toe. Hij gaat zaterdag weer. Natuurlijk moet hij dat doen. Ze is er maar twee weken. Weer zie ik hem zo vroeg en zolang mogelijk afspreken. 

Dan komt er vandaag een mail van de pleegmoeder van zijn zus. Dat moeder haar derde en laatste weekend niet in de buurt is. Ze kiest voor een jarig neefje van een broer aan de andere kant van het land. Dit slaat in als een bom. Hij is woedend. Op mij natuurlijk. De nepmoeder die hem er weer aan herinnert dat er een ander voor hem had moeten zorgen. Hij is zo ontzettend niet te genieten en onbeschoft. Ik weet niet goed wat we ermee moeten. Gelukkig is de tijd overzichtelijk. Over een dag of tien is ze weer verdwenen. 

Vanavond sta ik achter hem. Hij poetst zijn tanden en opeens zie ik een kale plek op zijn hoofd. En een rode, verse wond. Van het krabben. Van de stress en de Tourette die hem in de greep hebben deze week. Ik kan wel janken. Om dat hoofdje om die kale plek tussen de zwarte stekels. 
Ik zeg dat ik het zie, dat ik schrik. Dat hij wel heel veel verdriet heeft dat hij zo moet krauwen. 

Hij moet huilen. Dat hij haar maar 2 keer kan zien of misschien 3 en dat ze dan weer zolang weg is. Misschien wel 8 jaar... 
We praten erover. Ik praat en hij luistert. Dat het niet aan hem ligt. Dat zijn moeder is zo ze is. Dat ik heel erg graag haar zou veranderen, maar dat dat niet kan. Dat ik de pijn begrijp en zie. 
Hij snapt niet dat ze niet in de buurt van hem en zijn zus is deze twee weken. Nu ze eindelijk in Nederland is, dan wil je toch naar je kinderen toe. Dat ziet hij zelfs hier, dat de kinderen voorgaan, ook al zijn het geen  'echte' kinderen. 

Ik hoop dat ik hem iets bied aan houvast aan erkenning. Meer dan naast hem staan, kunnen we niet. Gewoon doorgaan met de dagelijkse dingen en hopen dat hij het op zijn manier kan accepteren. 
De deur moet vannacht op een kier. Dat mag natuurlijk. Hij is nog zo klein en zo kwetsbaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten