dinsdag 13 januari 2015

Feestje

Morgen heeft Yan een feestje. Gisteren hoorde hij dat hij op verjaardag mag bij een jongen uit zijn klas. De jongen is naast vriend ook lotgenoot. Hij woont ook in een pleeggezin, ook vanaf zijn peutertijd. Als je beide jongens naast elkaar bezig ziet, zou je bijna denken dat het familie is. 

De hele klas mag komen. Dat zijn dus negen jongens. Negen jongens die op een speciale school zitten vanwege hun gedragsproblemen. Dat wordt een hele uitdaging, dat feestje. 

Maar ze hebben er zin in. Ik hoorde van Yan dat er vandaag al een paar een volledige soldatenuitrusting bij zich hadden. Anders zouden ze het morgen misschien vergeten. 

Hij is zelf ook druk met voorbereiden. Gisteren was hij woedend dat ik niet plechtig wilde beloven om bij de Action nerfpijltjes te gaan halen voor hem. Nu vind ik die dingen werkelijk in het hele huis. Van de wasmand tot in de keukenkastjes. Dus we moeten er meer dan genoeg hebben. 
Op het feestje gaan ze namelijk een nerfgevecht houden. Nerfpistolen (of geweren, weet zelf niet goed wat het verschil is) zijn al heel lang in. Iedereen gaat zijn nerfspullen meenemen, dus dat komt helemaal goed. 

Eigenlijk zou Yan vanmiddag nog even met Rachid gaan vissen. Maar dat gaat niet door. Neenee, hij is druk druk en nog eens druk. Zijn spullen moeten op orde, een tasje gevuld, geoefend met de nerf. Hij probeert er een zaklicht op te plakken. Neemt broertjes mee naar boven voor oefeningen en legt kleding klaar voor morgen. Hij wil in een soldatenpak op sneeuwlaarzen. Dat vind ik iets te gek. Na onderhandelen komen we eruit. De laarzen mogen mee in een tas en het soldatenpak wordt een gewone broek met een vage soldatenprint. 

Hij zit als laatste aan tafel. Het eten krijgt hij niet weg. Dat ligt aan mij. Ik kan niet koken en dat kan hij niet helpen natuurlijk. Hij zucht en steunt en buigt zich in honderd bochten. Tot het eten naar de katten kan en hij opgelucht verder gaat voorbereiden. 

Net ging hij naar bed. Hij begon weer over zijn kleren. Welk shirt moet ik aan? Ik doe wat voorstellen, maar nee het moet iets bijzonders en toch gewoon zijn en en en ... Ook daar komen we uit gelukkig. 

Dan nog ons praatje voor het slapen. Dat is niet moeilijk. Want: Hoe gaat het morgen? Wat gebeurt er morgen precies? Ik zucht maar eens diep. Ik kan voorspellen wat ik weet, maar wat ze op het feestje doen, dat weet ik niet. En hij weet ook dat ik dat niet kan weten. Maar hij is zo zenuwachtig en rusteloos. 

Net voor ik de deur dichtdoe heeft hij nog wat. Hij had die zak poffertjes in de koelkast zien liggen. Eet je die morgen op? Ja. Het is maar 1 zak en dan zijn we toch maar met zijn drieen. Hij vliegt weer overeind. Heel boos. Kun je wel he? Net als ik er niet ben? Ik heb al wel drie jaar geen poffertjes op. En jij had beloofd.... 
Ik lach hem uit en dat pikt hij gelukkig. Om nu je zenuwen om te zetten in een ruzie over kleffe voorgebakken poffertjes, dat is echt te gek. 

Nu slapen. Op naar morgen. Uit zijn kamer hoor ik de raarste geluiden. Tenslotte spreekt zijn Gilles de la Tourette ook een woordje mee bij spanning. Hopen dat het morgen leuk is en dat hij kan genieten. We zijn benieuwd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten